Goedemorgen! Afgelopen week op uitnodiging van de Utrecht Data School (Universiteit Utrecht) een presentatie ‘Winnaars en verliezers in de platform maatschappij’ mogen verzorgen voor de gemeenteraad van de gemeente Utrecht. Mijn bijdrage was er eentje in een reeks van vier. Een mooi initiatief om raadsleden bewust te maken van de digitale vraagstukken en uitdagingen. Deze week was ook de start van de module platformeconomie die ik verzorg aan de Global School for Entrepreneurship in Amsterdam. Altijd leuk om met studenten aan de slag te gaan en bij te dragen de kennis van platformen in het onderwijs te borgen. Komende week staat in het teken van het afronden van het rapport van mijn onderzoek naar portabiliteit van reputatiedata voor platformwerkers. Eind November verschijnt het definitieve rapport, zowel in het Nederlands als Engels.

Ook deze week heb ik weer een paar stukken voor je uitgezocht en voorzien van mijn duiding en commentaar. Onder aan deze nieuwsbrief vind je een mooi stuk in Trouw over flitsbezorging waar ik een bijdrage aan heb mogen leveren. Fijne week!

Instagram Blackout: Global Wake Up Call To Social Media Influencers, Small Businesses

Instagram Blackout: Global Wake Up Call To Social Media Influencers, Small Businesses

Het zal je vast niet zijn ontgaan: een week of twee geleden lagen de platformen van Facebook er uit. Na een paar uur kwam alles weer langzaam maar zeker online. Direct verschenen verhalen en podcasts van mensen die door de storing geld waren misgelopen en zich onthand hadden gevoeld.

Natuurlijk kan alles stuk: Facebook blijkbaar dus ook. Thuisbezorgd overigens ook: die lag er vorige week ook een paar uur uit. Is zo’n storing erg? Aan de ene kant niet. Een storing op zijn tijd ook een prima manier om mensen bewust te maken van de afhankelijkheid van bepaalde platformen. Mogelijk dat dit bijdraagt aan de bewustwording van deze afhankelijkheid en het nadenken over het spreiden van risico en kanalen. Voor veel ondernemers zijn platformen als Facebook dé manier om goedkoop en laagdrempelig met klanten in contact te komen en te blijven. Daar zit dan ook weer een risico: afhankelijkheid van het platform voor klantcontact. En hoewel Facebook ontzettend handig en gratis is, is dit een afhankelijk die je als ondernemer of als overheid niet wilt hebben. Je zult dus altijd moeten nadenken over alternatieve (back-up) kanalen en heel simpel: zelf het klantcontact beheren. Want nu is het een storing die roet in het eten gooit: een andere keer verandert het platform het algoritme waardoor jouw bereik een vrije val maakt.

Ik zei in de vorige alinea bij de vraag ‘is dit erg’ bewust ‘aan de ene kant niet’. Er zit namelijk ook een andere kant aan. Dit soort platformen kun je, of je daar blij mee bent of niet, intussen als infrastructuur zien van een samenleving. En hoewel de platformen ook belang hebben bij het niet uit de lucht vallen, kan ik mij voorstellen dat het ook wenselijk is om wettelijk bepaalde checks & balances in te voeren. Met invloed en macht komt ook verantwoordelijkheid.

En voor wie, publiek of privaat, bedenkt met platformen samen te werken of diensten via een platform aan te bieden, heb ik onderstaande checklist gemaakt. Omdat dit soort besluiten niet over één nacht ijs mogen gaan.

Een slide uit een van mijn presentaties over afwegingen bij samenwerking
Amazon copied products and rigged search results to promote its own brands, documents show

Amazon copied products and rigged search results to promote its own brands, documents show

Het is een discussie die al een tijd loopt: de discussie over de dubbelrol van veel e-commerce platformen die zowel een platform bieden voor anderen om spullen te verkopen als ook eigen spullen via het platform in de markt zet. Het is hiermee eigenlijk een discussie voor nagenoeg álle e-commerce platformen, aangezien er bijna geen 100% platform aanbieders zijn in e-commerce.

E-commerce platformen hebben een dubbelrol : zowel het faciliteren van een marktplaats als het aanbieden van eigen producten. En dat wringt. De platformen kunnen leren van de data van de individuele verkopers om vervolgens de producten (eventueel als eigen merk) ook aan te bieden op het platform en de oorspronkelijke aanbieders te degraderen naar pagina 10 van de zoekresultaten. Platformen als Amazon ontkennen al jaren dit te doen, maar toch komen steeds voorbeelden naar buiten waaruit blijk dat dit wel gebeurt. De Europese commissie is een onderzoek gestart.

Dit stuk van Reuters geeft een uniek inkijkje in deze praktijken bij Amazon in India:

“Amazon.com Inc has been repeatedly accused of knocking off products it sells on its website and of exploiting its vast trove of internal data to promote its own merchandise at the expense of other sellers. The company has denied the accusations.

But thousands of pages of internal Amazon documents examined by Reuters – including emails, strategy papers and business plans – show the company ran a systematic campaign of creating knockoffs and manipulating search results to boost its own product lines in India, one of the company’s largest growth markets.”

Is dit gedrag nieuw? Deels wel, deels niet. Supermarkten kennen natuurlijk sinds jaar en dag huismerken. Dit zijn ook eigen producten die zijn ‘geïnspireerd’ door de producten van andere aanbieders. Het verschil met een platform is dat de aanbieders veelal geen alternatief afzetkanaal hebben, aanbieders investeren in de klantrelatie en innovatie via het platform en zij de klant niet op een andere manier kunnen bereiken. Aan de andere kant is de aanbieder ook een klant van het platform: slecht gedrag van het platform kan ook impact hebben op de aantrekkelijkheid van het platform om partner van te worden. Daarom is het ook niet zo gek dat Amazon deze acties onder de pet wil houden.

Kabinet wil nepreviews op internet verbieden | NOS

Kabinet wil nepreviews op internet verbieden | NOS

Het kabinet wil een verbod op nepreviews. Dat is natuurlijk goed nieuws. De vraag is alleen: hoe dan?

De wet lijkt op het eerste gezicht gericht op eigen webshops: “volgens het wetsvoorstel moet de handelaar zich er voortaan van verzekeren of de gepubliceerde beoordelingen echt afkomstig zijn van mensen die het product hebben gebruikt. Handelaren mogen ook niet alleen positieve beoordelingen plaatsen en negatieve verwijderen. Verder moet bij zoekresultaten altijd duidelijk zijn of het om betaalde reclames gaat of dat er is betaald om een hogere plaats te krijgen.”

Waar het wetsvoorstel niet over lijkt te gaan is de verkoop van spullen via een platform. Behalve bij de laatste zin over ‘betaald om een hogere plaats te krijgen’. Ik ben benieuwd naar de verdere uitwerking van het voorstel. En nog meer naar hoe handhaving zal worden georganiseerd. In dit stuk van Nu.nl is terug te lezen dat de ACM zal toezien op handhaving. Dit lijkt mij een aardig complex en bij voorbaat kansarme onderneming wanneer dit traditioneel wordt ingericht. Of de ACM pakt dit vraagstuk als een kans/aanleiding om handhaving opnieuw uit te vinden, dat zou natuurlijk heel mooi zijn. Want ik ben er van overtuigd dat handhaving op een andere (meer automatische) manier moet worden ingericht. Dat zie je ook bij de Autoriteit Persoonsgegevens (AP). Daar kun je het personeelsbestand vertienvoudigen, maar dat zal op het huidige manier een onmogelijke opgave blijven.

En de ACM? Misschien moeten zij eerst bij de provincie Groningen en Drenthe langsgaan, lees ook het afgelopen week verschenen stuk: ‘Groningen en Drenthe gebruikten nepreviews om fietsroute te promoten‘. 😉

Bij Amazon zijn algoritmen belangrijker dan mensen

Bij Amazon zijn algoritmen belangrijker dan mensen

De discussie over platformen en arbeid gaat eigenlijk alleen over het vakje van de contractvorm. Dit is zonde, aangezien er vraagstukken zijn met betrekking tot technologie op de ‘werkvloer’ die een veel grotere groep werkende raakt.

In dit stuk in het FD: “Amazon heeft een beoordelings- en tariefsysteem gecreëerd waarvan de doelstellingen met elkaar schuren: zoveel mogelijk pakketten per uur bezorgen zonder ongelukken te maken of de wet te overtreden. De algoritmen houden geen rekening met factoren als afgelegen adressen, beroerde wegen of slecht weer. Bezorgdiensten worden gemangeld.”

Dit stuk gaat enerzijds over de impact van een systeem dat je als ‘Talorism on steroïds’ zou kunnen omschrijven. Maar ook over de manier waarop Amazon een systeem met onderaannemers heeft gecreëerd die hun chauffeurs misschien wel in dienst hebben, maar tegelijkertijd ontzettend kwetsbaar zijn:

“Drie jaar geleden deed Amazon, het grootste online winkelplatform van de wereld, een aanbod dat te mooi leek om te negeren: begin je eigen bedrijf en verdien maar liefst $300.000 per jaar met het bezorgen van onze pakketten.

Er reageerden tienduizenden mensen die als beginnend ondernemer wilden profiteren van Amazons onstuitbare groei. Met een bescheiden eigen investering van $10.000 konden nieuwe ‘bezorgpartners’ (in Amazon-jargon: Delivery Service Partner, ofwel DSP) binnen een paar weken een eigen team bezorgers op de weg hebben. Amazon beloofde zijn machtige positie te gebruiken om de starters aan betere voorwaarden voor hun autoverzekering, betere leasecontracten en goedkopere advertentietarieven te helpen.”

Het zou mij niets verbazen wanneer Uber, mochten zij in hoger beroep worden gedwongen chauffeurs in dienst te nemen, een dergelijk systeem zal invoeren. Deels werkt Uber al via dit model (je kunt als taxi ondernemer subaccounts voor jouw chauffeurs aanmaken) en het is aannemelijk dat zij dit model zullen uitbreiden. Waarbij het de vraag is of de chauffeurs er onder de streep beter af zijn. Ik gok van niet.

Deelauto- en deelfietsmobiliteit in Nederland: ontwikkelingen, effecten en potentie | Kennisinstituut voor Mobiliteitsbeleid

Vorige week verscheen een mooi en zeer compleet rapport over deelmobiliteit:

“Het aandeel van de deelauto in de mobiliteit is laag, maar het aanbod van deelauto’s in Nederland groeit. Per gebruiker leidt autodelen tot minder autobezit en naar verwachting tot een beperkte daling van broeikasgasemissies. Driekwart van het aantal deelfietsen in ons land bestaat uit de ov-fiets. De deelfiets vervangt vooral het plaatselijk openbaar vervoer (bus, tram, metro), lopen of het gebruik van de eigen fiets, niet de auto. Het is mogelijk het aandeel van de deelmobiliteit in de totale mobiliteit te vergroten, zij het beperkt. Dit blijkt uit het onderzoek ‘Deelauto- en deelfietsmobiliteit in Nederland: ontwikkelingen, effecten en potentie’  van het Kennisinstituut voor Mobiliteitsbeleid (KiM).”

Het gehele rapport is dik, heel dik, maar zeker de moeite van het lezen waard. Een paar opmerkingen:

  • Het is belangrijk te beseffen dat deelmobiliteit geen doel is, maar onderdeel moet zijn van een grotere visie op mobiliteit en leefomgeving;
  • Het is prima wanneer een deelfiets concurreert met het OV: fietsen is een stuk gezonder dan in een bus zitten;
  • Het P2P aanbod vervuilt veel data: het gaat er om hoe vaak een auto beschikbaar is en veel P2P aanbod is slechts heel beperkt beschikbaar en kan door de lage drempel erg snel groeien, wat niets zegt over het gebruik;
  • Wat mij betreft moet deelmobiliteit (en dan vooral deelauto’s) ontzettend gestimuleerd worden en moeten gemeenten nadenken hoe zij wijken leefbaarder kunnen maken door het beperken van het aanbieden van gesubsidieerde stukken schaarse grond voor het opslaan van stilstaand blik.
ABN Amro: diensten als makelaars en bankiers worden overbodig door blockchain | NOS

ABN Amro: diensten als makelaars en bankiers worden overbodig door blockchain | NOS

Ik dacht even een titel uit 2014 te lezen, maar nee, het was echt een stuk dat afgelopen vrijdag is gepubliceerd. In het stuk: “Allerlei soorten diensten van financieel dienstverleners worden overbodig door de
blockchaintechnologie. Dat voorspelt ABN Amro in een rapport. Het gaat onder meer om diensten van notarissen, makelaars en bankiers zelf. De bank verwacht dat de huidige ‘platformeconomie’ steeds meer zal verschuiven naar wat ook wel een ‘protocoleconomie’ wordt genoemd. Daarin wacht financieel dienstverleners volgens ABN Amro, als ze niet oppassen, hetzelfde lot als fysieke reisbureaus. Die gingen veelal ten onder doordat consumenten met internet veel meer zelf konden doen, en daarmee goedkoper uit waren.”

Ik heb geen idee waarom ABN Amro met dit soort uitspraken komt en waarom nu. Misschien had men een rapport nodig om de board van de bank aan te sporen meer haast te maken met de digitale transformatie, dat zou kunnen. Maar de vergelijking met de reisbureaus is natuurlijk onzin: banken zijn al lang bezig zich aan te passen en zich heel bewust van de concurrentie van ‘buiten’. Uiteindelijk zal de aard van de dienstverlening veranderen en zal de bank continu moeten kijken hoe het, ondersteund door technologie, de klant het beste kan helpen. Zij hebben dus zeker niet de luxe op stil te zitten en ja: er is onzekerheid en veel concurrentie, maar een uitspraak dat bankiers overbodig worden door blockchain past echt niet in 2021.

Ik denk eerlijk dat dit stuk van NOS/ANP wat ongelukkig is gestart. Wanneer je verder leest zie je wel interessante en relevante zaken staan, zoals “Onderzocht wordt nog hoe zulk digitaal geld zo geprogrammeerd kan worden dat het alleen aan bepaalde zaken kan worden uitgegeven. Zo kan een overheidssubsidie voor wonen of studie in dat geval geprogrammeerd worden om alleen voor het betalen van de huur of collegegeld ingezet te kunnen worden. Ook kan een tijdslimiet worden meegegeven waarin de subsidie moet worden uitgegeven. Als dat niet gebeurt, verliest het geld voor de gebruiker zijn waarde.”. Er zijn veel interessante ontwikkelingen, ik zal eens kijken of het rapport ergens openbaar staat en hier delen.

De reactie van de notaris en bestuurder van de Koninklijke Notariële Beroepsorganisatie in het artikel deed mij denken aan de reactie van een bestuurder van een Taxateurs beroepsvereniging die ook erg was overtuigd dat de ‘human touch’ van de taxateur voor woningen onvervangbaar is. Ik zag iedereen in de zaal denken: “op het moment dat banken een taxatierapport obv big data ook accepteert voor een hypotheek is jouw sector binnen een jaar weg”. Les: zelfvertrouwen is goed, zolang het maar niet doorslaat naar naïviteit 😉

In de media

Mijn tieners bestellen zelfs een banaan bij de flitsbezorger. Is dat erg? | Trouw

Mijn tieners bestellen zelfs een banaan bij de flitsbezorger. Is dat erg? | Trouw

Afgelopen zaterdag een groot stuk in Trouw: “Mijn tieners bestellen zelfs een banaan bij de flitsbezorger. Is dat erg?”. Inclusief bijdrage van ondergetekende. Ik plaats onder andere vraagtekens hoe dit soort bedrijven gebruik maken van publieke infrastructuur en de rekening bij de maatschappij leggen. Vraagtekens bij de belofte waarin het doen van boodschappen wordt gereduceerd tot een transactie. Een beetje als UberPop waar in het begin werd gezegd dat een avondje op de bank zitten ‘onbenutte capaciteit’ was. Als laatst roep ik op meer stil te staan bij de vraag wat voor samenleving we willen. Een vraag die in veel discussies (ook mbt arbeidsmarkt) te weinig wordt gesteld.

Relevante insights over wie platformwerkers nu precies zijn en wat zij willen – ZiPconomy

Relevante insights over wie platformwerkers nu precies zijn en wat zij willen – ZiPconomy

Het stuk uit mijn nieuwsbrief vorige week is ook integraal op ZiPconomy gepubliceerd.

Contact

Inspiratie opgedaan en advies of onderzoek nodig bij vraagstukken rondom de platformeconomie? Of op zoek naar een spreker over de platformeconomie voor een online of offline event?

Neem gerust contact op via een reply op deze nieuwsbrief, via mail ([email protected]) of telefoon (06-50244596).

Bezoek ook mijn YouTube kanaal met ruim 300 interviews over de platformeconomie en mijn persoonlijke website waar ik regelmatig blogs deel over de platformeconomie. En lees mijn boek ‘Platformrevolutie – Van Amazon tot Zalando, de impact van platformen op hoe wij werken en leven’.

Recommended Posts